Translate

zaterdag 9 februari 2013

De Topsalarissen van de Nederlanders bankiers


Trouw publiceerde gisteren een artikel over de jaarsalarissen van de Nederlandse bankiers. We citeren.


Topman Rabobank: ruim 2 miljoen 
Bij de Rabobank wordt wel gefluisterd dat topman Piet Moerland ruim 2 miljoen euro verdient. Zijn vaste salaris zou ongeveer 1,4 miljoen bedragen, de rest zijn bonussen en emolumenten. Zekerheid over wat Moerland verdient is er niet, omdat de Rabobank als coöperatieve bank niet verplicht is individuele gegevens over salariëring te verstrekken. De beloningen lijken bij de Rabobank de afgelopen jaren niet substantieel veranderd. De bank heeft als enige Nederlandse bank tot nu toe nog geen staatsteun nodig gehad.

Topman ING: 1,3 miljoen
Topman Jan Hommen krijgt bij ING 1,3 miljoen. Bonussen zijn er niet bij zolang de bank aan het staatsinfuus ligt.

Topman ABN Amro: 750.000,- 
Gerrit Zalm van ABN Amro verdient 750.000 euro. Hij kan daar nog een bonus bovenop krijgen van 60 procent van zijn salaris bij topprestaties, al hebben die zich nog niet voorgedaan.

Topman SNS Reaal: 550.000,-
Gerard van Olphen, de nieuwe baas van SNS Reaal, gaat 550.000 euro per jaar verdienen. Hij krijgt geen bonussen.

Balkenendenorm
De balkenendenorm (ook JP-norm, minister-presidentnorm of premiernorm) is een vrijwillige norm uit 2006 volgens welke openbare bestuurders in Nederland niet meer zouden mogen verdienen dan 130 procent van een ministerssalaris. De Balkenendenorm is vernoemd naar Jan Peter Balkenende, minister-president van Nederland van 2002–2010. De norm is tot stand gekomen nadat er in de voorafgaande jaren een toenemende maatschappelijke verontwaardiging was ontstaan over de hoge salarissen (en ontslagvergoedingen) voor openbare bestuurders, vooral indien ook nog sprake was van slecht functionerende bestuurders. In 2011 ging het om een maximumbedrag van €193.000,-

Geen opmerkingen:

Een reactie posten

Geef uw reactie! Alle reacties worden na een beoordeling geplaatst. Anonieme berichten worden niet geplaatst. .