Naar beginpagina:

woensdag 6 mei 2020

De woelige geschiedenis van de Hervormde Sint Lambertus Kerk in Oldebroek tijdens de Tachtigjarige Oorlog (deel 1)

Gezichtsbepalend voor het Noord-Veluwse dorp Oldebroek. Zo mogen we de Hervormde Kerk in het midden van Oldebroek zeker noemen. De kerk heet nu Dorpskerk. De geschiedenis van deze kerk - meer officieel ook wel de Grote of Lambertuskerk genoemd -  in de periode vóór de Tachtigjarige Oorlog, die begon in 1568, is niet alleen zeer boeiend, maar ook heel woelig. 


Foto website Rijksmonumenten
Zo leerde Gerrit Pruim uit de twee artikelen, die zijn vader Dries Pruim heeft geschreven als correspondent voor de Elburger Courant en heeft gepubliceerd in de nummers van 5 en 9 augustus 1966. Het onderstaande artikel (deel 1) over de Katholieke periode is daarvan een weergave en een bewerking. Morgen volgt het tweede deel, dat begint bij de Reformatie.

Katholiek   
Men mag aannemen dat de oudste gedeelten van het kerkgebouw van de Hervormde Kerk reeds uit de twaalfde eeuw stammen. Toen was het nog maar een betrekkelijk kleine kerk, misschien beter een kapel te noemen. Toen de bevolking ging toenemen, maakte dat een vergroting van het gebouw noodzakelijk. We bevinden ons dan nog in de tijd vóór de Reformatie: er was één kerk en dat was de katholieke.
Men heeft de kerk gewijd aan de heilige Sint Lambertus of Lambrecht, een man die in de zevende eeuw veertig jaar bisschop van Maastricht is geweest. Sint Lambertus is de patroonheilige van de textielarbeiders en in de Oldebroekse situatie de schutspatroon van de wolwevers.

Zowel bij de rijken als bij de armen
Lambertus  is volgens de officiële katholieke versie niet zomaar een bisschop. Alom geniet hij bekendheid door zijn voortreffelijke christelijke levenswandel. Hij is geliefd bij het volk, zowel bij de rijken als bij de armen. Vriendschap met de rijken is in die dagen de gewoonste zaak van de wereld. Vriendschap met de armen, daar ontbreekt het de kerkvorsten nog wel eens aan. Zo is Lambertus niet. Hij heeft iets van een Johannes de Doper. Op het moment, dat de Frankische vorst Pepijn van Herstal genoeg heeft van zijn vrouw Plectrudis en zijn hart verliest aan Edelvrouwe Alpaida, aarzelt de bisschop niet daar fel tegenop te komen. Hier is sprake van echtbreuk en dat is dus verboden. De broer van de Edelvrouwe, een zekere Dodo, kan dit bisschoppelijk protest maar matig waarderen. Wanneer Lambertus in 707 een mis in Luik celebreert, wordt hij bij het verlaten van de kerk door de ontstemde Dodo vermoord. (zie ook noot 1).

Uit Wikipedia: De moord op bisschop Lambertus
Later wordt bisschop Lambertus heilig verklaard en vereert het volk hem als iemand die aangeroepen kan worden bij allerlei vormen van lamheden en ziektes. (zie ook noot 2)

Sint Lambertuskerk 
Kennelijk werden de bewoners van de broeklanden nogal eens geteisterd door allerlei lamheidsverschijnselen. Ze wijden hun kerk tenminste aan Sint Lambertus. En ofschoon geen Oldebroeker nog enige weet heeft van ’s bisschoppen verdiensten en vermogens heet de kerk nog steeds de Grote of Lambertuskerk en komt de voornaam Lammert of Lambert nog veel voor in dorp en omgeving.

Schapenmarkt: misviering en kermis
De woensdag vóór 17 september is elk jaar voor de Oldebroeker nog steeds een hoogtijdag: dan is het broekkarmse of schapenmarkt. Die dag heeft ook alles te maken met de bisschop en de kerk. De naamdag van de heilige Lambertus valt namelijk op 17 september. Dan stroomde ieder jaar de kerk vol en werd een buitengewone misviering gehouden ter gedachtenis aan de heilige Lambertus. In de kerk eerde men de bisschop met een uitbundige eredienst. Na de dienst ging het feest gewoon door. Dan was er een dolle kermis (afgeleid van kerkmis).
Geen Reformatiebeweging kon later deze traditie ongedaan maken, ook al ging het hele dorp rond 1600 met de Hervorming mee en kwam aan de kerkelijke verering van Lambertus een eind.

In de kerk: sacristie 
Aan de Kerk worden in de loop der tijd nieuwe stukken aangebouwd aan de oorspronkelijke gedeelten uit de 12e en 13e eeuw. Het onderste deel van de toren en wat oorspronkelijk het koor was spreekt nog van hoge ouderdom. Tegenover de toren bevindt zich nog een prachtige diepe niskapel, in typische gotische stijl gebouwd. Oude grafstenen op de vloer noemen als sterfdata 1617 en 1618.
Een deur achter de preekstoel geeft toegang tot wat in vroeger tijden de sacristie is geweest. Daar hingen de verschillende misgewaden van de misdienaars. Daar ook had de pastoor de gewoonte zich te verkleden vóór hij de mis celebreerde.

Vier altaren
De kerk kon bogen op vier altaren. Een indrukwekkend hoofdaltaar stond in het koor van de kerk. Daarnaast waren er nog drie kleinere altaren met afzonderlijke bedieningen: één gewijd aan de moeder van Jezus, de maagd Maria, één voor de heilige Anna en één voor de heilige Antonius. Van hogerhand was voorgeschreven dat per week twee missen bediend moesten worden.  Dat ging allemaal zo door tot 1592. De Tachtigjarige Oorlog was inmiddels al sinds 1568 in volle gang.

(Deel 2 over de periode na de Reformatie verschijnt morgen)

Noten:
1). Het betreft hier de officiële rooms-katholieke versie - de legende - van de gebeurtenissen. Er is ook een andere minder fraaie versie. Wikipedia schrijft, dat eerst de families van Lambertus en Plectudris Dodo hebben vermoord en daarna de familie van Dodo wraak heeft genomen door op hun beurt Lambertus te vermoorden en wel op zijn landgoed.  De moord zou misschien in 705 gepleegd zijn. 
2). Wikipedia meldt over deze heiligverklaring: ‘In de middeleeuwen was een officiële heiligverklaring door de paus niet gebruikelijk. In veel gevallen ontwikkelde zich de verering van een lokale heilige spontaan. Dit betrof meestal een plaatselijke missionaris, bisschop of in sommige gevallen een koning of ander staatshoofd. De canonisatie werd in die gevallen verricht door één of meerdere bisschoppen, die de relieken van de heilige liet opgraven en in een reliekschrijn liet plaatsen, dat vervolgens tijdens een plechtige mis ter verering op of in een altaar werd geplaatst. Dit proces wordt de elevatio genoemd, de "verheffing" der relieken. Een variant hierop is de translatio, de overplaatsing der relieken in een plechtige processie naar een andere plaats. Een voorbeeld hiervan is de translatio van de relieken van de heilige Lambertus van Maastricht van Sint Pieter (Maastricht) naar Luik, waarschijnlijk in 717.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten

Geef uw reactie! Alle reacties worden na een beoordeling geplaatst. Anonieme berichten worden niet geplaatst. .