De Jodenkoeken zijn niet weg te denken uit de supermarkt. Tussen de speculaasjes, bokkenpoten en mergpijpjes liggen meestal ook wel enkele bussen Jodenkoeken. Waar komen die koeken vandaan? En wat hebben ze met Joden te maken?
Meest waarschijnlijk is dat het recept voor de platte koeken van zandgebak zijn bedacht door Joodse bakkers. Volgens sommige verhalen zou een Joodse bakker uit Amsterdam het recept in de jaren twintig van de vorige eeuw hebben verkocht. Een oude vermelding van de Jodenkoek is te vinden in de Leeuwarder Courant van 1 april 1873 (zie hierboven).
Receptenboek
In zijn rubriek Woordhoek wijst taalhistoricus Ewoud Sanders op veel oudere vermeldingen van het woord Jodenkoek. In een receptenboek uit 1790 trof hij bijvoorbeeld “klyne koekjes” aan die ook wel bekend stonden als “joodekoekjes”. Ook in een receptenboek uit 1797 trof hij de benaming aan.
Dun
Er is wel eens beweerd dat de koeken hun naam danken aan het feit dat ze ooit op de markt gebracht werden door een bakker met de naam De Joode. Een andere suggestie is dat de koeken hun naam danken aan hun vorm en dunheid. Arme Joden zouden uit noodzaak hun koeken erg dun gebakken hebben. Als men het deeg goed indrukte werd de koek breder en leek het allemaal nog wat. Harde bronnen voor dergelijke verhalen ontbreken echter. De moderne Jodenkoeken zijn overigens niet koosjer.
Jodenkoeken van Davelaar
Duidelijk is dat in 1883 aan De Houttil 36 in Alkmaar een bakker genaamd Stam naam maakte met zijn Jodenkoeken. Zijn bakkerij werd later overgenomen door bakker Albert Govers. Die verkocht de koeken in blikken bussen, waarvoor hij ook statiegeld vroeg zodat ze opnieuw konden worden gebruikt. Govers hield zijn zijn bakkerij tot 1924 draaiende. Daarna verkocht hij zijn zaak aan Dirk Davelaar.
Nog populairder
In de periode hierna wist deze oorspronkelijk uit Zaandam afkomstige bakker en zakenman de Jodenkoeken nog populairder te maken. Ook buiten Alkmaar werden de koeken hierdoor een begrip. Davelaar plaatste advertenties in allerlei kranten. Zijn zoon zette later een distributiesysteem op, zodat de blikken met Jodenkoeken ook in andere winkels verkocht konden worden. De koeken van Davelaar worden nog steeds verkocht, soms in echte blikken maar meestal in plastic varianten.
‘Jodenkoeken’ worden ‘Odekoeken’
Recent veranderde de bakkerij de naam van de beroemde koeken. De Jodenkoeken gaan voortaan door het leven als Odekoeken. Het bedrijf vond de oude naam niet meer passen in de tijdsgeest. De bakkerij over de naamswijziging:
“We leven in een tijd waarin gelijkheid en inclusiviteit belangrijke waarden zijn. Dit begrip, inclusiviteit, benadrukt niet zoals diversiteit de verschillen tussen mensen. Inclusiviteit gaat over onderlinge verbondenheid. Een inclusieve organisatie is een samenhangend geheel van mensen die zich tot elkaar verhouden en zich met elkaar identificeren. Omdat we met Davelaar onze deuren open zetten voor een ieder die gemotiveerd is om te werken, past de naam Jodenkoeken niet.
Daarnaast is uit resultaten van een enquête gebleken dat een meerderheid van de respondenten vindt dat de naam Jodenkoeken niet meer kan in deze tijd. Dit is voornamelijk de jongere generatie. Daarom hebben we de naam Jodenkoeken veranderd naar Odekoeken.”
Nooit gestoord
In reactie op de naamswijziging liet een woordvoerder van het Centraal Joods Overleg (CJO) tegenover NH Nieuws weten zich nooit aan de naam te hebben gestoord. De organisatie spreekt van een “overdaad aan voorzichtigheid” die overigens wel wordt gewaardeerd.
Bron: Historiek.Net