Translate

maandag 24 mei 2021

Papieren vervalsen in de Tweede Wereldoorlog

Een aantal jaren geleden ontdekte Jochum de Graaf onderstaand vervalste persoonsbewijs waarmee de Joodse veehandelaar Salli Schwarz onder de naam van zijn vader Pieter de Graaf de laatste oorlogsjaren doorkwam. Hij deed uitgebreide naspeuringen en publiceerde recent zijn laatste ontdekkingen.


Jochum ontdekte, dat bovenstaande vervalsing waarschijnlijk de eerste was in een reeks van velen. Geen spectaculaire daden van zijn vader, maar wel belangrijk werk voor het verzet. Hierna volgde een vervalsing in het trouwboekje. 

Trouwboekje
'Zomer 1943, mijn oudste zus Frouk is dan nog niet geboren, krijgen vader en moeder via een familielid, tante Jo, zuster van opa De Graaf en actief in het verzet in Haarlem, het verzoek om een Joods jongetje te laten onderduiken. Alfred Schijveschuurder, Freddy, is dan drie jaar en wordt als oudste zoon in het trouwboekje ingeschreven. Hij blijft maar een paar maanden, volgens zus Frouk heeft de Oldebroekse verzetsman Van Enk vader getipt dat het verraden was en wordt hij vervolgens via via in Heerenveen ondergebracht, waar hij tot de bevrijding bleef. Vader moest het trouwboekje weer terug in zijn oorspronkelijke staat vervalsen. Het boekje met Freddy erin werd onder de dakpannen verborgen en is daarna nooit meer teruggevonden. Ook niet toen ons gezin in 1953 naar een eengezinswoning in de nieuwbouw van Oldebroek, de Van Sytzemalaan verhuisde. Op z’n laatst is het boekje in 2002 in rook opgegaan toen de Spar supermarkt die op de plaats van het oude huis stond, in de as werd gelegd.'

Bonnenboekjes
Vader de Graaf  bleef zijn specialiteit als 'ambtenaar ter secretarie' uitoefenen. 'Hij vervalste net als een aantal anderen op het gemeentehuis van Oldebroek persoonsbewijzen en andere documenten. Mannen als bakker Dickhof hoefden dankzij vader de Graaf niet naar Duitsland in de Arbeitseinsatz. En naast het trouwboekje vanwege Freddy vervalste hij ook bonnenboekjes of drukte die achterover voor de onderduik in Oldebroek en omstreken.'

Landelijke staking
Eerder had vader de Graaf ook deelgenomen aan de landelijke staking van overheidspersoneel op 30 april 1943. 'In Oldebroek wordt gestaakt door personeel van de gemeentesecretarie, het distributiebureau en de dienst openbare werken. Ook melkrijders staakten, de boeren weigerden de melk mee te geven en op de zuivelfabriek Kamperveen was niemand aan het werk'. 
De staking duurde één dag. 'Kort daarna kwamen de Duitsers naar het gemeentehuis op zoek naar ambtenaren die aan de staking hadden meegedaan. Vaders kantoor was in een barak achter het hoofdgebouw en hij wist door snel handelen uit het raam te klimmen. Na uren zich schuilgehouden te hebben in de landelijke omgeving durfde hij het laat op de avond aan in het donker weer naar huis te gaan. Gelukkig bleef hem verdere vervolging bespaard.'

Onderduikers
Het was voor de ondergrondse in Oldebroek prettig om een geheime medewerker als de Graaf op het gemeentehuis te hebben. Maar naast zijn vervalsingen lieten vader en moeder de Graaf in het laatste oorlogsjaar ook vaak mensen op voedseltocht vanwege de hongerwinter in het westen van het land mee eten, of lieten ze in de schuur achter het huis overnachten. Ook familieleden kwamen langs. In het laatste jaar van de oorlog waren er ook onderduikers in het kleine huis. 'Er was een schuilplaats gemaakt in de ruimte bij twee kasten tussen de kamer en de slaapkamer van vader en moeder. Zij sliepen dan zelf beneden. De Elburgse verzetsheld Dick Bleij vond korte tijd onderdak en vaders broer, oom Dirk, was na een avontuurlijke ontsnapping vanuit Almelo met een bootje over de IJssel - de IJsselbrug was opgeblazen - bijna een half jaar tot de bevrijding in huis. Hij moest vluchten omdat hij betrokken was bij de onderduik'.

Na de oorlog
Vader de Graaf was na de bevrijding lid van de Binnenlandse Strijdkrachten die de orde moesten handhaven in Oldebroek, wat niet zo veel om het lijf had. Hij werd zoals alle ambtenaren officieel gezuiverd en was tegelijkertijd lid van de commissie die het personeel van de gereformeerde lagere school moest zuiveren. In de vlak na de oorlog opgestelde ‘Opgaaf illegale werkers tijdens de bezetting’ staat hij: ‘P. de Graaf, E157, Oldebroek. Bevolkingsambtenaar gem. Oldebroek; in die functie heeft hij meegewerkt aan het afgeven van P.B.’s, T.D.’s, opneming van Joden in het bevolk. register. Heeft zelf een Jodenkind geherbergd en diverse onderduikers.’

Bescheiden
Ikzelf - maker van deze blog - herinner me De Graaf nog vanuit mijn jeugdjaren in Oldebroek. Hij stond bekend als een bescheiden man. Ik weet, dat mijn vader - collega van hem op het gemeentehuis van Oldebroek - hem erg graag mocht. Ik herinner me zelfs de dag, dat De Graaf plotseling overleed en de verslagenheid, die dat bij ons thuis teweeg bracht. 

Lees de volledige geschiedenis over Pieter de Graaf

Meer informatie over Oldebroek in de Tweede Wereldoorlog
* Nieuw boek: 'Verzet & gezag, een geschiedenis van Oldebroek in de Tweede Wereldoorlog'

Geen opmerkingen:

Een reactie posten

Geef uw reactie! Alle reacties worden na een beoordeling geplaatst. Anonieme berichten worden niet geplaatst. .