"Met je poten in het bluswater zie je wel waar het schip heen vaart." Managers stoten steeds meer van dit soort zinnen uit, aldus taalkundige Pyter Wagenaar. Als tekstschrijver merkt hij dat zakenlieden hun boodschap met zoveel kouwe drukte brengen dat niemand ze meer begrijpt. Met collega Heidi Aalbrecht schreef hij er het boek 'De managementcode gekraakt' over.
1. Hoe praat een manager?
"'Omslachtig en ondoorzichtig. Alles wordt 'gegenereerd' en 'geïmplementeerd'. Een voortgangsgesprek wordt een '360°-feedbackgesprek' of een 'bilateraaltje'. Het lijkt of overal modellen en uitdrukkingen worden bijgehaald. Vaak kloppen ze niet eens. De Abileneparadox is nog niet gedebiteerd of de drie steenhouwers, de haas en de schildpad maken alweer hun opwachting."'
2. Waarom is dat erg?
"Jargon kan heel behulpzaam zijn, bijvoorbeeld in de medische wereld om effectief te communiceren over aandoeningen en medicijnen. Bij managers is het echter anders. Zij verschuilen zich achter modellen en Nederengels. En ze besmetten elkaar omdat iedereen erbij wil horen. Het kwalijke is dat ze het jargon niet alleen gebruiken als ze onder collega's zijn, maar ook bij medewerkers en zelfs op verjaardagen. Het is imponeergedrag en irriteert anderen. Daardoor werkt het averechts: de boodschap komt juist niet over. Als je jezelf te veel 'positioneert', zou een manager zeggen, gaan mensen je een opgeblazen kikker vinden."
3. Wie lijden er het meeste aan?
"Consultants. Dat komt waarschijnlijk doordat zij erbij gebaat zijn in een nieuwe omgeving iets voor te stellen en anderen daarvan te overtuigen. Ook coaches en marketeers maken zich eraan schuldig. Je ziet het aan de Engelse namen van die beroepen. Het draait allemaal om aanzien en imponeren."
4. En politici?
"Zij gebruiken minder managementjargon, maar veel eufemismen. Je hoort een politicus niet over 'bezuinigen', maar over 'ombuigen'. Eigenlijk zie je het in steeds meer beroepsgroepen terugkomen. Zelfs in de zorg en het onderwijs, want ook daar worden steeds vaker managementlagen ingebracht. Een hoofdmeester is een manager geworden, met de taalgevolgen van dien."
5. Wat kun je er tegen doen?
"Weet het van jezelf en spreek anderen erop aan. Veel mensen weten niet van zichzelf dat ze zich eraan bezondigen en als je ze er dan op wijst, willen ze er wel vanaf. Anderen niet, die vinden het nodig en denken dat ze er met normaal taalgebruik niet bij horen. Wat te doen? Je zou de tactiek van de omgekeerde kretologie kunnen toepassen. Als je op een verjaardag een omslachtig verhaal krijgt, antwoord je met een vergelijkbare onzin-zin. Je zet een hoop managementtermen naast elkaar, met een wollig werkwoord erbij. Kijken wat er dan gebeurt."
Bron: Interview van Fleur de Weerd in 'Trouw' van 22 november 2011
Geen opmerkingen:
Een reactie posten
Geef uw reactie! Alle reacties worden na een beoordeling geplaatst. Anonieme berichten worden niet geplaatst. .