Mijn eerste taal is het Oldebroeker dialect. Op de lagere school leerde ik vervolgens als tweede taal het Nederlands.
Die tweetaligheid blijkt voordelen te hebben, zo lees ik vandaag in Trouw en las ik gisteren in de nieuwsbrief van het Meertens Instituut.
Drie voordelen
Trouw meldt als voordeel 'de grotere woordenschat van kinderen die zowel Drents, Fries of Limburgs als standaard Nederlands spreken. Daarnaast wijst onderzoek uit, dat tweetaligen zich beter kunnen inleven in mensen die anders zijn dan zij'. En 'tenslotte bouwen lokale identiteit en sociale cohesie sterk op lokale taal'.
Beter in spelling
De rondzendbrief van het Meertens Instituut meldt ook, dat 'kinderen die Limburgs en Nederlands praten, beter zijn in spelling dan kinderen die alleen met Nederlands opgroeien. Dat blijkt uit onderzoek van Romy Roumans. Zij is student taalwetenschappen aan de Radboud Universiteit en stagiair van Leonie Cornips van het Meertens Instituut.
De aanleiding voor het onderzoek waren veelgehoorde vooroordelen van ouders om hun kinderen niet in dialect op te voeden, omdat dat ten koste zou gaan van de Nederlandse taalvaardigheid. Uit het onderzoek blijkt dat dit niet het geval is. Tweetalige Limburgse kinderen presteren hetzelfde of zelfs beter dan eentalige Limburgse kinderen.
Mooie woorden
Trouw publiceert bij het artikel 'Drèents blif een weerdevolle taol' nog twee mooie woorden, die we ook in het Oldebroeker dialect kennen: 'Babbelegoegies' (nutteloze praatjes) en 'Smiestert' (onbetrouwbaar iemand).
Lees ook:
* Dialecten zijn de echte Nederlandse talen
* Unieke woorden in de Oldebroeker streektaal
Geen opmerkingen:
Een reactie posten
Geef uw reactie! Alle reacties worden na een beoordeling geplaatst. Anonieme berichten worden niet geplaatst. .