De Amersfoortse Kei, opgegraven en boven aarde getakeld, 1903. Bron: Archief Eemland, fotonummer: 06094 |
In de voorlaatste ijstijd bereikten Scandinavische gletsjers Nederland. Deze ijsmassa’s voerden enorme rotsblokken mee, waaronder ook de beroemde Amersfoortse Kei. Deze steen van ruim zevenduizend kilo bleef in Nederland achter, vermoedelijk in de buurt van Soesterberg.
Weddenschap van dolle jonkheer
Maar hoe is dit enorme rotsblok in Amersfoort beland? Verrassend genoeg ligt de oorzaak hiervan in een zeventiende-eeuwse weddenschap. Jonkheer Everard Meyster ging op 7 juni 1661 een weddenschap aan met drie van zijn vrienden voor een bedrag van 3000 gulden. Aan deze voorliefde voor weddenschappen dankte Meyster zijn bijnaam ‘dolle jonkheer’. De weddenschap betrof de enorme zwerfkei even buiten de stad. Meyster wedde met zijn vrienden dat hij de kei Amersfoort binnen kon laten slepen. Zijn vrienden namen de weddenschap aan.
De tocht van de kei
Nu moest Meyster het nog voor elkaar krijgen de enorme kei te verplaatsen. Het lukte hem een groep Amersfoorters te verzamelen die in ruil voor krakelingen en bier bereid waren de kei te verslepen. Met behulp van een soort slee wisten de Amersfoorters de kei met grote moeite richting de stad te slepen. Dit was overigens geen ongevaarlijke tocht. Eén man belandde onder de enorme steen en verloor daarbij beide benen. Toch bereikte de groep uiteindelijk de stad en liet de kei op de Varkensmarkt achter.
Lachen en spot
In eerste instantie konden de Amersfoorters wel lachen om dit waagstuk en plaatsten ze de kei op een sokkel. Ze kregen daarna echter al gauw spijt van de onderneming. Het verhaal van de Amersfoortse ‘Keientrekkers’ verspreidde zich namelijk door heel Nederland. Het idee dat de Amersfoorters zoveel moeite hadden gedaan voor een kei vond men maar raar. Er verschenen meerdere spotprenten en gedichten over de Amersfoortse kei en die vreemde Amersfoorters die hem hadden verplaatst. Zelfs de Italiaanse Cosimo de Medici schreef over de kei na zijn bezoek aan de stad in 1668, de kei en diens verhaal gaf hem blijkbaar nogal reden tot lachen. Het stadsbestuur van Amersfoort had uiteindelijk genoeg van alle spot en besloot om de kei te begraven. Dit gebeurde in 1672, ruim tien jaar nadat de kei oorspronkelijk de stad werd binnengesleept.
De kei herontdekt
Het bewijs van de aparte onderneming zou vervolgens bijna 200 jaar verborgen blijven. Pas in 1859 stuitte werklieden weer op de kei tijdens het aanleggen van gasleidingen. Hier werd echter niets mee gedaan en het rotsblok bleef begraven. Wel hernieuwde deze vondst de interesse in de kei, waardoor de Oudheidkundige Vereniging Flehite met het idee begon te spelen om de steen op de graven. Het ideale moment hiervoor diende zich aan in 1903, toen de Varkensstraat opnieuw bestraat moest worden. Een speciale commissie kreeg toestemming om de kei op te laten graven en in het plantsoen bij het politiebureau te plaatsen. Er diende zich echter wel een probleem aan, de kei was namelijk zoek! Men wist niet meer waar de kei in 1859 precies gevonden was.
Doaristie!
Er werd een zoektocht naar de kei op touw gezet. Men probeerde te ontdekken waar op de Varkensmarkt de kei precies begraven lag. Hendrik de Goede, bijgenaamd ‘Spekkie’, vond na een aantal dagen de kei, waarop hij de inmiddels bekende uitspraak: ‘Doaristie!’ deed. Daarop groeven de Amersfoorters de steen op en trokken hem onder feestelijke begeleiding naar zijn nieuwe standplaats. Blijkbaar schaamden de inwoners van Amersfoort zich niet langer voor hun kei. In 1932 werd de kei wederom verplaatst, dit keer naar de Arnhemsestraat. De nu 80-jarige Spekkie was hierbij wederom aanwezig. Tijdens de Tweede Wereldoorlog begroeven de Amersfoorters hun rotsblok tijdelijk uit angst voor beschadigingen. Sinds 1946 staat de Amersfoortse kei weer op zijn oude plek in de Arnhemsestraat.
Bron:
* Lees het volledige verhaal in IsGeschiedenis
Geen opmerkingen:
Een reactie posten
Geef uw reactie! Alle reacties worden na een beoordeling geplaatst. Anonieme berichten worden niet geplaatst. .